Gebruik:
1. Locatieonderzoek: Voordat met de bouw wordt begonnen, moet een locatieonderzoek worden uitgevoerd en indien nodig topografische onderzoeken worden uitgevoerd. Tegelijkertijd moeten de omgeving en het proces ter plaatse worden geanalyseerd en moeten gedetailleerde bouwplannen en veiligheidsmaatregelen worden geformuleerd.
2. Stel het coördinatensysteem in: Nadat u de bouwplaats heeft betreden, moet u het coördinatensysteem van het werkgebied instellen en de relevante coördinatenparameters invoeren op de satellietgrader.
3. Bedienen van het blad: Na het starten van de satellietgrader moet de operator het blad besturen om snij-, vul- en graafwerkzaamheden uit te voeren in overeenstemming met de constructievereisten, en aanpassingen maken op basis van de meetresultaten. Opgemerkt moet worden dat verschillende materialen en locaties verschillende werkwijzen en processen vereisen.
4. Realtime monitoring: de satellietgrader ondersteunt de realtime monitoringfunctie, die de grondhoogte tijdens het bouwproces kan monitoren voor tijdige aanpassing.
Aanpassingsmethoden:
1. Instelling coördinatensysteem: De instelling van het coördinatensysteem moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de werkelijke situatie om instellingsfouten of grote fouten te voorkomen.
2. Afstelling van de messenbalk: De afstelling van de messenbalk moet worden uitgevoerd op basis van de hoogte van de grond en de staat van de messenbalk om vlakheid en efficiëntie te garanderen.
3. Beheer ter plaatse: De eisen voor het beheer ter plaatse zijn streng. Personeel en apparatuur moeten worden bediend en gebruikt in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften, en problemen en afwijkingen moeten tijdig worden aangepakt.
4. Onderhoud: Onderhoud en onderhoud de satellietgrader regelmatig om de status en prestaties van de apparatuur te garanderen en de werkefficiëntie en kwaliteit te verbeteren.